dinsdag 29 juli 2014



Juli 1940 opende 'Stad en Lande' een Grasdrogerij op de Hilversumse Meent.
Tijdens een bestuursvergadering van 'Stad en Lande'' (dec. 1939) werd tot de aanschaf besloten. Men vreesde dat aanvoer van KRACHTVOER onmogelijk zou worden. Volgens het bestuur een reden om een grasdrogerij op te zetten. Men had niet in de gaten dat de benodigde brandstof in genoemde periode schaars zou worden. De boeren, met hun boerenverstand, wisten dat ook tijdens een oorlog de zon bleef schijnen. Hooien kon met mankracht doorgaan.
In de Gooi en Eemlander van 27-12-1939 staat een uitgebreid verslag van de vergadering van Stad en Lande van Gooiland. Het kopje luidde: DE MEENING ONDER DE BOEREN IS VERDEELD.
De heer Van Nispen meende , dat door den zee-oorlog de levering van krachtvoer uit het buitenland wel eens helemaal stop zou kunnen staan . Nu meent spr., dat het voor de boeren beter is minder vee ( met beperkte schaar ) te houden  met krachtvoer dan veel zonder krachtvoer. Daarom is spr. Voor de aanschaf van twee machines.
Burgemeester Van Nispen, vergat dat ook tijdens WO I olie als brandstof zeer schaars was. Inmiddels reden er in 1939 meer auto’s dan in 1918 . Hoe naïef was deze burgemeester.
In 1943 werd de grasdrogerij tot ca. 1946 stilgelegd door gebrek aan brandstof. Een aantal jaren later werd de drogerij voorgoed gesloten.